29 juni 2014 - 30 juni 2014
Onze eerste stop tijdens deze tweedaagse tour naar de Colca Canyon is het Aguada Blanca National Vicuña Reserve waar de laatste 7000 van deze schattige dieren nog een rustig leven leiden. Er werd sterk op gejaagd ten tijde van de Spanjaarden vanwege hun wol, 's werelds beste, totdat ze uiteindelijk bijna uitgestorven waren. Vandaag zijn ze een beschermde diersoort en slechts 1 keer per jaar mag van elk dier 200 gram geschoren worden en dit enkel door de indigene stammen die hier wonen. Het zijn heel bijzondere dieren die in kleine families samenleven op 4000 meter hoogte. Ze zijn familie van de kameel en kunnen ook een behoorlijke hoeveelheid water opslaan. Wij krijgen er tientallen te zien met op de achtergrond de machtige fotogenieke vulkaan El Misti. Er lopen ook vele alpaca's en lama's rond.
We verlaten de hoofdweg en rijden doorheen de vlaktes tot we aankomen bij een tufsteenlandschap dat doet denken aan Cappadocië in Turkije. Door de wind zijn de rotsen geërodeerd in allerlei bizarre vormen. We moeten over de Pata Pampa bergpas en stoppen op 5000 meter hoogte. Hier voel je pas echt wat het is om zich op dergelijke hoogte te begeven. Hoofdpijn, duizeligheid en kortademigheid treden al snel op maar dat is niets vergeleken bij het adembenemde (zowel letterlijk als figuurlijk in dit geval) uitzicht. Velen maken hier ook een torentje van keien bedoeld als offer aan Pacha Mama (Moeder Aarde).
Stilletjes aan naderen we de vallei van de Colca rivier en krijgen we de eerste Incaterrassen te zien, identiek aan de rijstterrassen zoals iedereen ze kent in Azië, waar de Inca's hun teelt verbouwden. Vooral aardappels zijn hier erg in trek met een paar duizend verschillende varianten. Over smalle weggetjes langs de diepe vallei en doorheen tunnels uitgehakt in de rotsen banen we ons een weg naar ons hotel. Onderweg zien we in de rotswanden nog oude Incagraven en af en toe zien we ook chinchilla's op de rotsen. Het hotel is eigendom van Colca Trek en wordt ook enkel door hen gebruikt. We vinden het grappig om in het kleine dorpje waar ons hotel gelegen is te zien hoe ze als bescherming cactussen planten bovenop de afscheidingsmuren. We hadden nooit zo'n luxe verwacht! Het gigantische bed was meer dan welkom na de trekking dat we die avond nog deden tot aan de rand van de vallei. Ondertussen is het bitterkoud hier op 3800 meter en de lucht is de blauwste die we ooit al hebben gezien. We genieten nog van een heerlijk dinner bij de open haard van het hotel en we worden hier echt in de watten gelegd want we krijgen allemaal een warmwaterkruikje mee om te gaan slapen.
De volgende morgen moeten we helaas vroeg uit de veren want we gaan naar het Cruz del Condor uitzichtpunt waar we een van de machtigste vogels ter wereld kunnen zien. De condors houden er van om zich 's morgens vroeg warm te vliegen op deze plaats maar helaas waren ze deze keer ook van plan om nog wat te blijven liggen. We gaan eerst met de fiets een paar km downhill rijden en komen daarna op goed geluk nog eens terug. Het fietsen was erg leuk in deze mooie omgeving en het voelt alsof je op een scooter zit omdat je constant bergaf rijdt, op een pittige helling na. Voor het eerst krijgen we hier een condor te zien! Typerend voor de vogel zijn de veren aan het einde van de vleugel die net als vingers zijn. Als we terugkeren naar Cruz del Condor hebben we nog meer geluk en zien we verschillende vogels hun ochtendtoertje doen. Ook zien we hier de giant hummingbird, de grootsts kolibrie ter wereld.
Het zit er bijna op en na de lunch rijden we terug richting Arequipa maar eerst stoppen we nog bij thermische baden aan de voet van een vulkaan. Ook hier wordt het water rechtstreeks afgetapt en constant ververst in een zwembad zoals in Baños, Ecuador maar het voelt wel heerlijk aan.
Onze volgende stop wordt wellicht de meest bekende stad in Peru, Cusco.
