's Morgens vertrekken we met een volgepakte metrobus naar het busstation in het zuiden van de stad. Eens daar kunnen we vlot overstappen op een bus naar Latacunga, een ritje van een tweetal uur. Het leuke aan een klein land als Ecuador is dat alles dicht bij elkaar ligt. We slapen deze keer in hostel Tiana.
Latacunga ligt op 2900 meter hoogte, het is er dus behoorlijk koud. Van de stad op zich lopen we niet warm maar we zijn hier dan ook voor de omgeving, in het bijzonder de vulkaan Cotopaxi en het kratermeer van Quilotoa. Helaas zit de vulkaan volledig ingepakt in de wolken dus we krijgen er niets van te zien. Daarnaast is een groep toeristen samen met hun gids zoek geraakt, waarschijnlijk overvallen door de dichte mist en sneeuw op de vulkaan. Omwille van deze reden is het volledige park afgesloten. De vulkaan kunnen we dus vergeten.
We gaan dan ook maar meteen naar het kratermeer. Een prachtig ritje doorheen de Andes brengt ons tot op 3850 meter tot vlak aan de rand van de krater. Zo'n 300 meter lager ligt het emeraldgroene meer met een diameter van drie kilometer. Het is er prachtig wandelen in de ongerepte natuur maar helaas begint het plots te regenen en keren we al vlug op onze stappen terug en warmen ons op rond de kachel van een plaatselijke hostel met een koffie. De koffie hier is eigenlijk een soort koffiestroop die je met warm water of melk moet aanlengen. Echt lekker is het niet.
We kijken uit naar het warmere klimaat in onze volgende stad, Baños.
Meer foto's: klik hier.