San Juan Del Sur

Langs de Pacific liggen een aantal goeie surfspots en San Juan Del Sur is een populaire uitvalbasis. We hebben de laatste tijd nogal veel gereisd en voornamelijk in steden verbleven dus we keken er wel naar uit om een paar dagen aan de kust te relaxen. Na lang zoeken vonden we uiteindelijk een kamer die groter was dan een schoendoos bij hotel El Puerto.

De baai van San Juan Del Sur is prachtig maar het strand is eerder zwart (wat typisch is voor deze vulkanische streken) dus het is erg heet om op te liggen en het water is best wel koud. Er staat ook de ganse dag een stevige wind die helaas niet voor verkoeling zorgt maar wel voor veel zand overal waar je het niet wilt hebben... Langs het strand zijn veel gringobars en resto's en aan de noordkant zijn heel wat strandbars, vooral populair onder de locals. De zonsondergang is telkens adembenemend mooi, de zon gaat onder pal in de baai en 's avonds verzamelen dan ook heel wat mensen op het strand om van het schouwspel te genieten.

Behalve surfen valt hier eigenlijk niet veel te beleven. Je kan wel wat hikes doen in de omgeving maar daar hebben we eventjes genoeg van en ook paardrijden is hier populair maar ze verkleden iedereen in cowboystijl en het is waarschijnlijk allemaal vreselijk toeristisch met paarden die enkel in staat zijn om hun dagelijkse route te wandelen dus dat lieten we ook maar aan ons voorbij gaan. We hadden online gelezen dat een 5* luxeresort, Pelican Eyes, hun zwembaden ter beschikking stelt voor een kleine bijdrage die je vervolgens mag spenderen aan eten/drinken en dat leek ons wel een strak plan. Wow! Het resort was echt prachtig en dat mag wel als je weet dat de goedkoopste kamers hier 259 dollar per nacht kosten (enkel logies).

Dit is meteen ook onze laatste stop in Nicaragua. We hebben het hier erg naar onze zin gehad. Het was het warmste land tot nu toe en ook het goedkoopste maar ook het armste. Nergens in Centraal-Amerika hebben we zoveel miserie gezien als hier. De bevolking was niet overal even warm voor toerisme en we hoorden ook veel verhalen van mensen die overvallen zijn, al dan niet met geweld. Gelukkig hebben wij (en de meerderheid) hier totaal geen problemen ondervonden. Het is meer en meer een populaire backpackbestemming aan het worden en hoe kan het ook anders met zo'n prijzen en zo'n weelde aan toeristische attracties.

We zitten hier redelijk dicht bij de grens en plannen om door te reizen naar Liberia, een grote stad in het noorden van Costa Rica en een prima uitvalbasis om het nationaal park Rincon de la Vieja te bezoeken. Vanuit San Juan Del Sur nemen we de bus terug naar Rivas maar onderweg worden we gedropt langs de kant van de weg aan El Virgen. Daar wachten we tot de bus richting Peñas Blancas voorbij komt (en je kan er lang staan wachten maar we worden wel geamuseerd door de locals die met ons een praatje willen maken). Eens aan de grens zien we een gigantische wachtrij van honderden mensen en we balen enorm maar dan horen we dat dat de rij is van Costa Rica richting Nicaragua. Veel Nicas werken immers in Costa Rica (om veel meer geld te verdienen) en gaan nu richting huis tijdens la semana santa, de belangerijkste vakantieperiode in Centraal-Amerika. Wij moeten gelukkig maar een uurtje aanschuiven en zoals verwacht worden we gecontroleerd op een on-ward ticket oftewel een bewijs op papier dat we Costa Rica binnen de 90 dagen zullen verlaten. We hebben hiervoor een nepvliegticket gemaakt van San Jose naar Panama City. Toen ze effectief om het ticket vroegen kwam Mieke al rood tot achter haar oren maar al snel kregen we onze stempel en konden we het land binnen.

Meer foto's: klik hier.